Ik hoopte er stiekem wel op

Eén op vijfhonderd bleek mijn kans. Want er waren uiteindelijk meer dan 2500 ‘Verboden vruchten’-verhalen ingestuurd voor de NPO4-verhalenwedstrijd. Na een strenge selectie koos een vakkundige jury, met daarin o.a. Nelleke Noordervliet en Thomas Verbogt, vijf verhalen als winnaar. Die worden in de boekenweek voorgedragen op muziek door bekende Nederlanders.

Ik hoopte er stiekem op dat ik bij die vijf zou zitten; dat mijn verhaal ergens tussen 26 maart en 2 april de ether in zou trillen over de stembanden van Herman Koch. Maar och, geen bericht is slecht bericht in dit geval.

Ik ben wel nieuwsgierig wat jij ervan vindt. Dus hieronder kun je mijn inzending lezen, één woord korter dan de toegestane vijfhonderd. Het heeft als titel (je raadt het al):

************************
Verboden Vruchten

Hij kijkt op zijn horloge. Meer dan drie uur zit hij hier al. Het gezoem van de TL-buis kwelt zijn trommelvliezen. De kleine ruimte grijpt hem naar de strot. Door de gebladderde, vergeelde muren heen hakken onverstaanbare stemmen op elkaar in. De geur van verschaalde pis en oude kots penetreert zijn neusgaten. Godverdomme! Hij had het nooit moeten doen.

De TL flikkert. Uit de schaduw van vellen stucwerk stormt het beeld van zijn vader zijn geest binnen. De woorden donderen als migraine door zijn hoofd. “Idioot! Je gaat toch niet emigreren naar zo’n awimowab-land?! Ze kan toch gewoon hier komen wonen? Trouw met haar, krijg kindjes. Kunnen wij er ook van genieten.” Zijn overhemd plakt koud om zijn schouders. “M’n transportbedrijf, het liep toch beter dan je verwacht had? Jouw woorden, pa”, prevelt Marius voor zich uit. “Maar dit … Ik moest wel. Het was maar voor één keer. Ik had geen keus. En dat spul verstopt in kokosnoten, wie ontdekt dat nou?”

Met de mouw van zijn hemd veegt hij door zijn ogen en onder zijn neus. Hij snuift. Zoete eucalyptus mengt zich met zijn bedompte zweet. O god, Imelda. Hij voelt haar vingertoppen over zijn wang, haar grote borsten tegen zijn torso, haar zachte lippen in zijn nek. “Nee …!” Zijn stembanden piepen, zijn keel voelt als verkoold rubber. Achter in zijn hoofd kermt het stemmetje van Josh. “Papa, sjeblief, nie weggaan!” Hij klemt zijn handen tegen zijn oren, perst zijn oogleden op elkaar. Verdomme!

Hij graaft naar de uitzichten, de groene valleien die hij doorkruiste, watervallen, kleurrijke vogels. In plaats daarvan trakteert zijn onderbewuste hem op beelden van argwanende ogen en rotte gebitten die hem toelachen. Een pijnsteek schiet door zijn kont als hij zich bedenkt dat ze zullen weten waar hij zijn waardevolste bezittingen verstopt. Bloed van barbaarse vuistslagen en onterende penetraties sijpelt over de binnenkant van zijn ogen. Hij krimpt ineen bij de gedachte aan een bewaker die het laatste greintje waardigheid uit zijn donder slaat.

Zijn maag trekt samen. Een vlammende steek snijdt door zijn borstkas. De stoel tuimelt tegen de muur als hij de hoek in duikt. Zijn knie dreunt tegen de betonnen vloer, één hand kletst tegen de muur. Het laatste beetje zelfrespect golft brandend uit zijn slokdarm in de smerige bek van de vuilnisemmer. Dan laat hij zich met zijn rug tegen de muur zakken, zijn hoofd tussen zijn knieën terwijl zijn handen krampachtig aan zijn haren trekken. Tranen stromen. Geluidloos.

De deur zwaait met een klap open tegen de muur. “Mazzel, Verbaandert!” buldert het. Door de waas voor zijn ogen heen ontwaart Marius de logge gestalte van de advocaat. “Stelletje bijgelovige mafkezen”, hikt en proest de stem. “Ze wilden je offeren, rituwahaha … ritueel slachten!” De advocaat veegt de tranen uit zijn ogen. “Ik heb ze omgekocht. Of je als de bliksem wilt opsodemieteren met je verboden vruchten, die kokosnoten van je. Woehaha. Bang dat ze zijn voor die Cojones del Diablo. Hahaha. De kloten van de duivel!”

************************

Ik post hier elke vrijdag een blog over iets dat me opvalt of wat ik meemaak.
Ik zoek ook werk als copywriter, redacteur of tekstschrijver. Dat mag gedeeld worden.