Bieb, bieb, oh yeah

Tien minuten fietsen is het. Naar een robuust wit gebouw dat geschiedenis ademt. Waarin ook een afdeling van de GGD, een kinky kapper en een lunchroom een plekje hebben gevonden. Ik fiets tussen de mensen die waarschijnlijk onderweg zijn naar hun werk en ontwijk de jeugd, die hangend op hun fietsstuur in telefoons zijn weggezonken. Wat doe je in godsnaam op je telefoon terwijl je het verkeer om je heen vergeet? Pokemons jagen? Non stop appen met gasten die je waarschijnlijk binnen een kwartier op school tegenkomt? Lezen over een idioot die met een vrachtwagen twee kilomer lang al schietend door een menigte reed?

Dat laatste niet, denk ik. Mijn fiets staat ondertussen vastgeketend aan het fietsenrek. Bovenaan de lange houten trap wordt ik welkom geheten door een uitklapbord dat me vertelt dat yoghurt met granola vandaag een goedkoop ontbijtje is. Ik loop door de schuifdeuren naar binnen, tussen de kasten met rijen boeken en de zithoeken door naar achter. Het is nog rustig in de bieb. Yep, in de bieb, ja in de bieb.

De bieb heeft rijen boeken, dik en dun, groot, klein. Nu ik er regelmatig kom, zou ik er eens eentje uit moeten kiezen om een stukje te lezen. Maar ik kom hier vooral om te schrijven, het liefst achterin aan een van de grote tafels met stopcontacten voor je laptop, vlakbij het restaurantgedeelte waar je de gebruikelijke soorten koffie en thee kunt krijgen en een scala aan broodjes. Ik neem niets. Hier is geen concumptieplicht.

Ik schrijf hier mijn blog, sollicitatiebrieven, nu en dan een artikel voor mensen die in mijn schrijfkunst geloven, hoofdstukken voor mijn boek. Om me heen werken studenten aan schoolopdrachten, maken anderen gebruik van de computers en internetverbindingen van het huis. Niet ‘van het huis’ zoals je een biertje ‘van het huis’ krijgt. Het kost wel wat als je meelift op de datastroom. Maar ik heb een laptop bij me, dus wifi, gratis. Ondertussen heeft een freelancer ook een plek gespot. Twee of drie ouderen discussiĆ«ren over bombardementen en aanslagen aan de kranten- en tijdschriftentafel. De wereld wordt hier besproken, waar mensen dingen doen die ik niet begrijp.

Tja, fictie en harde werkelijkheid wonen hier in een grote historische ruimte. Iedereen is hier welkom. En je hoeft hier allang niet meer stil te zijn. Als ik naar huis ga klop ik geen stof van mijn kleren. Bieb, bieb, oh yeah.